Recherchebureau incognito

22 nov 2022 | In The Picture

Een naambordje van recherchebureau Incognito ontbreekt naast de deur van het kantoorpand. ‘Je kan aanbellen bij het deurwaarderskantoor,’ had Kluin geappt. Op de betreffende etage komt een blonde vrouw in mantelpak me tegemoet, haar naaldhakken verdwijnen in het hoogpolig tapijt. Na een hartelijke groet loopt ze vooruit haar kantoor in. Een ruime kamer met een vergadertafel en een kast vol wetboeken, verstopt achter de pentry van het makelaarskantoor. “Ik moet het ze natuurlijk niet te makkelijk maken,” lacht ze.

Kluin groeide op in een hervormd gezin in het oosten van het land, met een tweelingzus en oudere broer. Als kind was ze continue op jacht naar adrenalinekicks. Een nachtelijke dropping in een diep, donker bos? Herma liep voorop, want achteraan was het schrikeffect lang niet zo goed. Wanneer haar ouders van huis waren, draaide ze de stoppen uit de stoppenkast, pakte een oude paspop van zolder en legde die in bed voor als haar tweelingzus thuiskwam van een avond stappen. De hang naar sensatie maakte op haar vijfentwintigste plaats voor een huwelijk en een carrière in de bank- en verzekeringswereld. Het leven kabbelde voort tot haar vijftigste. Toen werd alles anders.

Ze scheidde, ontmoette haar huidige vriend en ging op zoek naar het vuur uit haar jeugd. Ze besloot privédetective Ben Zuidema te bellen. De man waar ze jarenlang alle krantenartikelen van had bewaard. Tot haar eigen verbazing nam hij op en luisterde naar haar verhaal. Ze besloot bij hem de opleiding voor particulier onderzoeker te volgen, haar kantoorbaan op te zeggen en detectivebureau Incognito op te richten.

‘Spannend, dan ben je vast vaak stelletjes aan het schaduwen die vreemdgaan’, krijgt ze vaak op feestjes te horen als ze naar haar werk vragen. “Zo’n zaak heb ik maar een keer gehad. Ik had foto’s gemaakt van een heterdaadje en de man werd razend toen ik hem daarmee confronteerde. Hij zag zijn wereld ter plekke instorten; huis weg, vrouw weg, kinderen niet meer zien. Dat was niet prettig.” Een aantal aanvragen per jaar gaan over alimentatiefraude. “In veel gevallen woont de ex stiekem samen met een nieuwe partner maar strijkt nog altijd ten onrechte alimentatie op. Mijn opdracht is bewijs te leveren dat er fraude gepleegd wordt.” Daarnaast komen stalking en zedenzaken regelmatig voorbij en staat met stip op nummer 1: verzuimfraude. “Door werkgevers is het lastig te checken of een werknemer wel of niet ziek is en helemaal in coronatijd. Nu zijn er zelftesten, maar dat was in het begin van de coronacrisis niet het geval. Vaak is een korte observatie voldoende om achter de fraude te komen.”

Nu heeft ze een complexere zaak, die begon met een telefoontje van een bedrijf in de transportsector. Ze hadden iemand aangenomen die zich na de eerste werkdag ziek had gemeld. Wegens fysiek ongemak kon hij zijn functie in de buitendienst niet uitvoeren. Dat was nu een half jaar geleden. Een re-integratie traject was gestart, maar hij weigerde mee te werken. Er waren sterke vermoedens dat zijn verhaal niet klopte, maar voorzichtigheid was geboden want hij had een trackrecord van agressief gedrag.

Omdat hij geen auto kan rijden, laat hij weten per trein naar zijn afspraak met de arbo-arts te komen. Kluin had het bedrijf verzocht dat ter plekke te controleren. Wat bleek: hij kwam met de auto aanrijden, die hij verderop parkeerde. De P&O medewerker was zodanig geschrokken toen de man daadwerkelijk uit zijn auto stapte, dat hij geen foto durfde te maken. Vastgesteld was dat hij loog, maar er was geen bewijs. En dus werd recherchebureau Incognito ingeschakeld voor een observatie. Een zwaar middel dat alleen gebruikt kan worden als het verzuimprotocol goed doorlopen is en een online onderzoek, waarbij de sociale media wordt uitgeplozen, te weinig oplevert.

Tijdens het online onderzoek blijkt dat de man zelf weinig sporen achter heeft gelaten. Zijn moeder is minder voorzichtig. Zij post op Facebook diverse vakantiefoto’s met haar zoon op momenten dat hij zou moeten werken. Maar dit is nog altijd niet genoeg bewijs. In overleg met de klant wordt besloten een dag te observeren. Met twee auto’s tegelijk. Een collega-detective geparkeerd recht voor het huis en Kluin een paar straten verderop. “Ik doe zelf weinig observaties, omdat de kans op herkenning groot is door mijn mediaoptredens. En omdat het vaak bloedsaai is.”

Op de eerste observatiedag is het mantelpak van Kluin ingeruild voor een donker trainingspak. Het is 16.20 uur en ze wacht op instructies van haar collega. Het huis en de directe omgeving zijn de dagen daarvoor uitgebreid bestudeerd: waar is de voordeur, is er een achterdeur, woont hij alleen, in welke straten geldt eenrichtingsverkeer en welke parkeerplekken zijn handig qua zichtlijn. Eerst via Street View en andere middelen, daarna fysiek in de wijk. Steeds door een ander persoon, zodat het niet opvalt. Mannen en vrouwen afwisselend met of zonder hond, op de fiets of wandelend. Elke collega die ze inschakelt moet een gele pas hebben, het officiële bewijs voor particuliere rechercheurs afgegeven door de korpschef van de politie.
Vrij snel nadat ze op hun posten staan, loopt de man zijn huis uit. Hij stapt de auto in en scheurt weg. Haar collega rijdt een paar straten achter hem aan en seint Kluin in dat ze het over kan nemen op de afgesproken plek. Dit doen ze om te voorkomen dat hij doorheeft dat hij achtervolgd wordt. De rit duurt niet lang, want op het moment dat hij bij de stoplichten door oranje rijdt, breekt Kluin de achtervolging af. “Het was onverantwoord, zo hard als hij reed.”

In overleg met de klant gaan ze het de volgende dag om 06.15 uur nogmaals proberen. Ondertussen wordt de man ervan verdacht een tweede baan te hebben, omdat hij in een bedrijfsauto van een concurrent rijdt. Daarom willen ze op beeld hebben dat hij ’s morgens zijn huis verlaat en ’s avonds weer thuiskomt: het bewijs van een werkdag. En minimaal een foto waarop duidelijk te zien is dat hij achter het stuur zit.

Kluin zit op de achterbank van de geblindeerde auto met een telelens in de aanslag. “Al staan er mensen naast de auto, dan nog zien ze me niet zitten.”

Om haar klant op de hoogte te houden, deelt ze haar locatie via Whatsapp.

De klant is direct online.
‘Oeps, toch niet wakker gemaakt?’, vraagt ze.

‘Nee,’ appt de dame van de afdeling P&O terug. ‘Ik ben al wakker. Veel te benieuwd of het gaat lukken vandaag.’
‘We staan op positie en het goede nieuws is dat de auto op de parkeerplaats staat. Hopelijk gaat hij niet de hele dag in de tuin liggen zonnen.’
Om 08.15 uur loopt een persoon het huis uit en stapt in de auto die op de oprit staat. Een andere auto dan gisteren. Om uit te sluiten dat hij het is, besluit haar collega erachteraan te rijden. Als de auto stilstaat voor een stoplicht, gaat ze met twee rijbanen ertussen naast de auto staan om via de binnenspiegel het gezicht van de bestuurder te kunnen zien. Het is een vrouw, en gezien de leeftijd niet zijn minnares maar zijn moeder. Ze breekt de achtervolging af.
Kluin blijft nog een paar uur voor het huis posten zonder resultaat. Gelukkig heeft ze haar tas bij zich met een noodrantsoen erin en een plasbuis voor de hoge nood. “Ja dat vertelt niemand er bij, maar het kan ook smerig zijn dit vak.”

Klanten denken vaak dat ze leeglopen op een observatie, het zwaarste en duurste recherchemiddel. Een dag observeren kost al snel 750 euro. “Als je goed voorbereid te werk gaat, kan het met een paar uur geregeld zijn,” aldus Kluin.

Hoe vinden nieuwe klanten haar eigenlijk? “Gek genoeg bijna allemaal via sociale media, en dan vooral via LinkedIn waar ik vaak blogs post en nieuws deel. Maar ook ander nieuws, zoals over de zaak die in het zesjarige bestaan van haar recherchebureau het meeste indruk maakte: de verdwijning van de Vlaamse Elke Wevers. De zaak uit 2009 waar ze via Ben Zuidema bij betrokken is geraakt. Kluin werkte mee aan de podcast (Het Belang van Limburg, 2020) in zes afleveringen: Wáár is Elke Wevers? Het mysterie uitgespit. Ze heeft goede hoop dat met nieuwe aanknopingspunten alsnog stappen worden gezet. “Het verdrietige is dat de moeder van Elke begin dit jaar is overleden. Ik heb haar beloofd dat ik door blijf gaan tot ze gevonden is.” Nog altijd krijgt ze mails binnen over de zaak, waarvan ze de bruikbare doorspeelt naar de politie. “Ik ontving tips over iemand die nog niet als verdachte was aangebracht in de zaak, en die al meer op zijn kerfstok blijkt te hebben. Dan gaan bij mij alle alarmbellen af. Ik kan nu niet meer doen dan het aan de politie overlaten, al blijf ik er bovenop zitten.”

De politie in de weg zitten is nooit de bedoeling, zo laat ze weten, al zijn er cowboys in haar business die daar anders over denken. “Ik wil mijn gele pas niet kwijtraken, zo simpel is het. Daarbij kunnen we elkaar beter versterken.” Haar grote kwaliteit als privédetective, vindt ze zelf, is dat ze zich als een pitbull in een zaak kan bijten, weinig angst kent en zelfredzaam is. Dat laatste is een positieve uitkomst van een opvoeding die weinig support en liefde kende. Haar ouders waren ondernemers, hadden beide een eigen zaak, en waren lid van een strenge kerkgemeenschap. “Op zondag mocht ik niets. Als ik toch stiekem een ijsje kocht, leverde me dat zes weken huisarrest op. Daarbij moesten we als kind al vroeg zelfstandig zijn.” Uiteindelijk hebben Kluin en haar tweelingzus 18 jaar geleden voorgoed gebroken met hun ouders. “Ik ontving laatst een enveloppe op kantoor met mijn meisjesnaam erop, de naam die ik nooit gebruik. Er zaten oude pasfoto’s in, de lelijkste die ooit van mij gemaakt zijn. En een briefje waarop stond ‘Alle andere foto’s hebben we vernietigd.’ Dat zegt denk ik wel genoeg.”

Nu ook de tweede observatie op niets is uitgelopen, volgt een derde poging. Wanneer is onduidelijk. Tot ze op zaterdag een appje ontvangt van een van de P&O dames. ‘Ik kon het niet laten om even te kijken. Zijn auto staat op de parkeerplek, dus hij moet er zijn.’ De volgende dag staat zijn auto nog altijd op dezelfde plek, zo blijkt als Kluin zelf polshoogte neemt. En dus wordt besloten in de nacht van zondag op maandag te starten met de derde, en hopelijk laatste, observatie.

Om 03.55 zit Kluin weer achterin haar auto met zicht op het huis. Ze stuurt haar locatie door naar de klant met de mededeling: ‘Beide auto’s staan er nog.’

Rond 04.30 uur zwaait de voordeur open.
‘Hij is naar buiten gekomen en het staat erop,’ appt Kluin, nadat ze foto’s heeft gemaakt terwijl hij het huis uitloopt en de auto instapt. Alleen een foto achter het stuur is er nog altijd niet. En die wil de klant wel hebben. Besloten wordt om te wachten tot hij weer terugkomt van zijn werk.

Begin van de middag staat ze weer op haar post, maar hij blijft langer weg dan verwacht. Rond 18.00 uur is er nog altijd geen spoor van de auto en wordt gevreesd dat hij in het buitenland zit.

Dan om 1845 uur komt hij eindelijk de straat inrijden. Kluin maakt, verblind door de avondzon, een foto. Dankzij de camera met speciale technieken heeft ze ondanks het tegenlicht toch een beeld waarop duidelijk te zien is dat hij achter het stuur zit. De buit is binnen, de observatie wordt afgebroken.

Dan volgt het minder leuke deel; bij de werknemer bekend maken dat recherchebureau Incognito hem een paar weken heeft geobserveerd en dat ze het bewijsmateriaal met hem willen delen. De man gaat niet in op de uitnodiging voor een gesprek en wordt door het bedrijf op staande voet ontslagen. Hij accepteert zijn ontslag; zaak gesloten. Ondertussen is er een cybercrimeklus binnengekomen en staat Kluin op het punt te vertrekken…….